Thursday, December 20, 2007

De aflossingsvrije hypotheek

Bij een aflossingsvrije hypotheek betaalt u slechts rente over het geleende bedrag.

Banken financieren over het algemeen maximaal 75 tot 100 % van de executiewaarde van de woning aflossingsvrij, soms zelfs tot 125%. De executiewaarde is het bedrag dat een woning bij gedwongen verkoop zal opbrengen. Dit komt ongeveer overeen met ca. 85 % van de normale marktwaarde. De verstrekken wil zo snel mogelijk zijn geld terug en voert het verkoopproces minder nauwkeurig dan een normale huiseigenaar. Vaak worden huizen geveild en daar valt de prijs vaak laag uit, door de vele huisjesmelkers die de panden zo goedkoop mogelijk proberen te krijgen.

Het totale hypotheekbedrag kan ook uit een combinatie van een aflossingsvrije lening met een lening, waarbij wel afgelost wordt (lineair, annuïteit, levenhypotheek, spaarhypotheek etc.) bestaan.

Het voordeel van geheel of gedeeltelijk aflossingsvrij financieren is, dat de maandlast laag is, er wordt immers niet of weinig afgelost. Nadeel is dat er minder eigen vermogen opgebouwd wordt. Sinds 1 januari 2001 is bovendien de hypotheekrente nog maar 30 jaar aftrekbaar. Daarom is voorzichtigheid geboden bij een te groot aflossingsvrij deel. Na 30 jaar gaat voor het restant van de hypotheek de netto maandlast immers fors omhoog. Men gaat er vaak eigenlijk vanuit dat waarde van het huis dusdanig gestegen is dat het aflossingsvrije deel van de financiering met de overwaarde afgelost kan worden.

De annuïteiten hypotheek

Bij de annuïteitenhypotheek is het af te lossen bedrag zodanig berekend dat het totaal te betalen bedrag aan rente en aflossing gedurende de gehele looptijd gelijk blijft. Althans bij gelijkblijvend renteniveau. In de beginjaren is het aflossingsgedeelte gering en het rentedeel groot. Gedurende de looptijd verandert dat. Het aflossingsdeel wordt dan groter en het rentedeel kleiner. De nettomaandlast is in de beginjaren het laagst, omdat er dan veel (fiscaal aftrekbare) rente betaald wordt. Naarmate de looptijd vordert, wordt het rentedeel in het maandelijks te betalen bedrag steeds kleiner. Daarmee wordt de renteaftrek eveneens kleiner en stijgt dus de netto maandlast.

De aanvangslasten zijn betrekkelijk laag. Het maximaal te lenen bedrag is hierdoor een stuk hoger dan bij de lineaire hypotheek.

Een nadeel van deze hypotheekvorm is, dat er in het begin weinig afgelost wordt, zodat er in de eerste jaren ook weinig eigen vermogen opgebouwd wordt. Doordat de hoofdsom lang hoog blijft, betaalt u bovendien over de hele looptijd in totaal meer rente dan bij de lineaire hypotheek. Doordat het aftrekbare rentedeel steeds kleiner wordt, wordt ook het belastingvoordeel steeds kleiner. Hierdoor is de annuïteiten hypotheek evenals de linaire hypotheek fiscaal niet zo interessant.

Mocht er door de politiek uiteindelijk besloten worden de hypotheekrenteaftrek af te schaffen zal deze hypotheekvorm meer in trek raken daar de 'modernere' vormen voornamelijk gebaseerd en mogelijk zijn op fiscaal voordeel.

De lineaire hypotheek

De lineaire hypotheek is de oudste en meest eenvoudige hypotheekvorm. De hoofdsom wordt in vaste termijnen afgelost. Daarnaast moet rente betaald worden, die snel minder wordt, door de kleiner wordende hoofdsom.

Nadeel van een lineaire hypotheek is, dat met de snel teruglopende rente ook de fiscale aftrekpost snel terug loopt, hetgeen deze vorm fiscaal niet erg interessant maakt. Daarnaast heeft deze hypotheek in het begin in vergelijking met de andere hypotheekvormen hoge lasten, waardoor het maximaal te lenen bedrag laag is.

De linaire hypotheek is met name geschikt voor iemand, die in een relatief korte periode al veel af wil lossen om zo snel eigen vermogen (belegd in het huis) op te bouwen.

Mocht er door de politiek uiteindelijk besloten worden de hypotheekrenteaftrek af te schaffen zal deze hypotheekvorm meer in trek raken daar de 'modernere' vormen voornamelijk gebaseerd en mogelijk zijn op fiscaal voordeel.